Deel 2
Deel twee: Een warm welkom
Ik reed in een drafje richting het fort. Na ongeveer een kwartiertje stond ik voor de poort en ik steeg af. Op het bord zag ik nu ook de eigenaar van het fort staan. ‘Briscoe Triompf’ van alliantie ‘WAF’. Ik liep naar de poort toe en merkte dat de toren erboven onbemand was. De bewaker is vast mee aan het feesten. Ik gebruik de grote houten ring en klap hem drie keer redelijk hard op de massieve kogel die daarvoor bedoeld was. Ik wachtte even maar er leek geen reactie te komen, het was ook een redelijk lawaai daarbinnen. Dus ik herhaal mijn actie van daarnet en klop nog eens drie keer op de poort. Nu was er wel iemand die het gehoord had. Het houten luikje op ooghoogte ging open en ik zie een mager gezicht met een neus die scheef staat en waarschijnlijk meerdere keren gebroken is verschijnen.
‘Wat moet jij?’ vroeg hij nogal chagrijnig
‘Ik ben maar een simpele reiziger, ik ben op zoek naar een slaapplek voor de nacht.’, antwoord ik.
Dan hoor ik een andere stem roepen naar de man die voor het luikje staat. ‘Wie staat er voor de deur, charden?’
‘Een of andere vreemdeling die een slaapplek zoekt’
‘Laat hem toch binnen’
‘Oh, maar ik wilde alleen vragen waar er hier in de buurt een dorpje of stad is waar ik kan overnachten’, zei ik, terwijl de poort met piepende scharnieren opengetrokken werd. Ik liep naar toch maar naar binnen.
‘Je kunt hier slapen, in de kazerne. En je paard kan in een van die stallen daar. Ik ben trouwens driesar’, en hij liep naar me toe met uitgestrekte hand. Ik schudde hem. ‘Marietijnie’, stelde ik mezelf ook voor.
‘Ons fort werd daarnet aangevallen. Maar we hebben ze in de pan gehakt! ’, en hij glimlachte naar me.
‘Weet ik, zei ik.
‘Dat weet je?’ hij zei het een beetje achterdochtig.
‘Ja, ik kwam net aanrijden toen ik nog wat mannen zag vluchten’ loog ik. Het leek me niet slim om te vertellen dat ik daar al een tijdje zat, het gevecht te begluren. Maar gelukkig was zijn achterdocht alweer verdwenen.
‘Kijk, daar is de kazerne, daar kun je vannacht wel slapen.’ Ik volgde de richting van de vinger en ik zag een klein houten gebouwtje. Ik zag er niet echt naar uit om daar de nacht in door te brengen. Maar het moest maar. Ik zadelde Alano af en bracht mijn spullen naar de slaapplaats die mij aangewezen werd.
De rest van de avond heb ik nog wat met de mensen in het fort gepraat. Het stroomde langzaam leeg want het duurde nu echt niet lang meer voor het echt donker was. De meesten gingen terug naar Briscoe Triompf, wat op een kwartiertje draven van hier lag.
We praatten niet over veel bijzonders, maar op een gegeven moment draaide het gespreksonderwerp naar de bende die in de buurt dorpjes en boerderijtjes terroriseert. Maar de verhalen hadden hen ook nog maar pas bereikt en ze hadden deze middag meteen telegrammen gestuurd vanuit Briscoe Triompf naar alliantiesteden Fanta Farmers, Blitz en Revenge Meadow om een paar van hun beste duellisten met spoed op pad te laten gaan om op onderzoek uit te gaan. Het idee was om te verzamelen in Briscoe Triompf. Tim19, die ook bij dit gesprek aanwezig was, zou ook meegaan als een van de duellanten.
‘Dus je sprak met mensen in een klein dorpje en daar waren ze geweest?’ vroeg hij
‘Ja, zuidwestelijk van hier’ antwoordde ik, en gelijk erachteraan vroeg ik: ‘Maar wie zijn het dan? En waarom doen ze dit?’
Coca371, die ook bij het gesprek zat, gaf antwoord op mijn vraag. Althans, hij wilde dat gaan doen maar hij werd onderbroken door charden-j, dezelfde waarmee ik door het luikje had gepraat. ‘Moeten we dit allemaal wel delen met deze vreemdeling? Mij lijkt het onverstandig, misschien is hij wel een spion van WAR of Cahokia.’
‘Hij lijkt me te vertrouwen’ zei Dries. Coca stemde met hem in.
‘En jij hebt zojuist toch de namen van de 2 allianties die we verdenken genoemd.’ Charden trok een zuur gezicht.
‘Maar goed,’ zei dries, ‘Het word al erg donker, laten we maar gaan slapen. Morgen wordt een drukke dag’
‘Goed plan.’ Zei Tim
We liepen naar de kazerne en gingen ieder naar onze eigen slaapruimte. Ik geloof dat zij veel betere bedden hadden dan ik. Ik sliep namelijk op een piepklein kamertje met een opklapbed in de hoek met een heel dun stromatrasje en een hard kussen. Maar ik was moe, dus ging gelijk op bed liggen, maar ik verwachtte niet dat ik gelijk in slaap zou vallen. Mijn plan was om morgen ochtend vroeg te vertrekken. Als iedereen nog sliep. Dan zorg ik zelf later wel voor een ontbijt, ik heb die kalkoen nog.
Na een half uurtje dommelde ik toch in.
Wordt vervolgd...